Gunung leuser National park: schitterend!
Door: Edwindonesië
Blijf op de hoogte en volg Edwin
30 Juli 2007 | Indonesië, Batavia
Deze dag zou ik een afspraak hebben met iemand van de University Riau, kortweg UnRi en daar zou ik samen met Yudi om één uur zijn. Nou is één uur natuurlijk nooit één uur, maar als Yudi de hele ochtend zijn telefoon niet opneemt en om half twee nog niks heeft laten horen ga je toch denken dat hij het echt vergeten is. Gelukkig komen om twee uur ineens én Dani én Yudi aanzetten, beide in de overtuiging dat de ander er niet zou zijn, en zonder het idee dat ik misschien al een tijdje zit te wachten zonder énig idee hoe of wat. Lekker op z’n Indonesisch dus. De afspraak zelf was gelukkig snel voorbij, en de toiletten van UnRi zijn by far de smerigste die ik ooit heb gezien. Die avond bij Yudi thuis gegeten met Carina en aanhang.
Zondag ben ik naar de bruiloft van Pak Atan geweest, één van de leden van het Tesso Nilo Community Forum en het dorpshoofd van Gondai die ongeveer het hele WWF kantoor ook maar had uitgenodigd. Na veel toestanden over hoeveel auto’s er wel niet nodig waren gingen we uiteindelijk met slechts twee auto’s richting bruiloft, waarvan de helft het haalde. De andere auto strandde ergens halverwege, en de gelukkige passagiers (ik niet) konden om een uur of drie eindelijk aanschuiven.
De bruiloft zelf was echt te belachelijk voor woorden. Bij aankomst werden we meteen hartelijk verwelkomd, kregen we een schelpje als souvenir die ik met een beetje pech op Schiphol weer mag achterlaten, en werden we meteen naar het buffet geduwd. Na ons bordje te hebben vol gelepeld konden we aanschuiven aan een tafel die stond in wat ooit de voortuin was.
Vanuit die tafel kon ik eens goed rondkijken naar deze gekte. Het bruidspaar zat verpakt in een hoop goud en mooie kleren een beetje mooi te wezen op een troon, en had verder ook geen enkel contact met de rest van de gasten. Voor het entertainment hadden ze één of andere keyboard speler van de straat geplukt die aangesloten zat op een hoeveelheid boxen waar Pinkpop het mee kan doen. Geluidsoverlast kennen ze hier nergens, maar dit was toch wel een beetje overdreven. Voor de rest was alles mooi versierd en zaten de aanwezige gasten elkaar een beetje te vermaken met roken en elkaar opjutten om ook een liedje te zingen. Uiteraard moest ik ook een liedje zingen, maar als mij gevraagd wordt in Bahasa te gaan zingen dan weet ik echt niet wat ik daarmee aan moet dus dat heb ik maar afgeslagen. Dan ben je dus meteen een lafaard en een bangerik maar daar kan ik nog wel mee leven. Gelukkig werd het daarna niet nog zestien keer gevraagd, dat zou een beetje overdreven zijn.
Het eindigde met een fotosessie met het gelukkige stel, waar echt iedereen naar kwam kijken (we waren de eerste blanken ooit op een bruiloft in Gondai, dus vooruit) en een kijkje naar het tijdelijke bedje van de bruidegom, die tot die avond uiteraard niet bij zijn vriendinnetje in bed mocht kruipen. Gelukkig had de dochter van Pak Atan een schitterend versierde slaapkamer gekregen, helemaal gereed voor die eerste nacht. Zal een lekker ontspannen nachtje worden.
Enfin, toen maar weer terug, halverwege de kapotte auto proberen te repareren, en na drie keer vragen waren de heren reparateurs het eindelijk met me eens dat een kapotte zekering niet lekker werkt, natuurlijk geen reservezekering te bekennen maar een willekeurig ijzerdraadje kan dat trucje ook. Oh ja en in de gauwigheid nog even een stuk of tien neushoornvogels zien overvliegen (asian pied-hornbill, of iets vergelijkbaars). Indonesië gek land...
Nou... dat was Pekanbaru voorlopig even....
Maandag ben ik ’s middags naar Medan gevlogen, waar ik na een half uur en tien miljoen voorbarige taxichauffeurs en gidsen Marijn en Arjo Roersch van de Hoogte (en ik weet nu ook waarom die zo’n lange naam hebben) bij de uitgang heb opgepikt. Samen met deze twee gasten (heerlijk om na zo’n lange tijd weer even studentikoos te kunnen slapouwehoeren) hebben we meteen de taxi/bus/becak naar Bukit Lawang gepakt. Die busrit zal ik niet gauw vergeten, voor nog geen zeventig cent krijg je een rit in een gammele bus vol (!) met gekke Indo’s die op de gekste momenten komen vragen om sigaretten, je vage verhalen vertellen over waterskiën (tuurlijk), toevallig ook best gids kunnen zijn in Bukit Lawang, en waar ik pas na een uur hobbelen er achter kwam dat er nog een blanke naast me zat. Mooi paardebekje, dat wel. Medan heeft nog wel fatsoenlijk asfalt, maar hoe dichter je bij Bukit Lawang komt, hoe gekker het wordt. Ik heb die bus kuilen en bulten en scheuren en gaten zien nemen die een gemiddelde SUV uit Nederland nooit te zien krijgt. In Bukit Lawang hadden we in een half uur tijd een becak, een hotel (2,40 euro/nacht) en een gids geregeld, en konden we de rest van de avond genieten van Bintang in het “Coca Cola Restaurant”, plaatselijke whisky (een soort van 20% rum...) en de lokale mafkezen die erg gezellig waren dankzij eerder genoemde drank en de nodige wiet die hier blijkbaar wat minder verboden is. Gelukkig maar, want anders hadden ze nooit hun volkslied kunnen verzinnen (op de wijs van Jingle bells):
Jungle trek, jungle trek, in Bukit Lawang,
See the monkey, see the bird, see orang-utan!
Dolle boel....
Dinsdag 24-07-2007, 09:00.
Oef, toch iets teveel Bintang...
Onze gids stond wel mooi om negen uur klaar dus konden we mooi op tijd, en met onze backpacks vol troep de jungle in. Op de agenda stonden twee dagen wandelen door Gunung Leuser National Park, een groot stuk (9000 km2) tropisch regenwoud in noord-Sumatra en om een hoop redenen de moeite van het bewaren waard (hoop bedreigde diersoorten als orang oetan, sumatraanse neushoorn, olifant, tijger, etc.). De biodiversiteit van dit regenwoud is te bizar: 320 vogelsoorten, 176 zoogdieren, 194 reptielen, 52 amfibieën en ruim 3500 verschillende plantensoorten. Ik heb niet bijgehouden hoeveel hiervan ik er gezien heb.
Die eerste dag begon al goed met een maffe dorpshond die door een stel java-apen met poep werd bekogeld. Verder al na één uur lopen vier orang oetans gezien (allemaal herintroducees, dus niet zo moeilijk te spotten). De rest van de dag vooral genoten van hoe ontiegelijk groen en nat een jungle kan zijn. Het is onvoorstelbaar, maar overal waar je kijkt groeit wel iets, en daar groeit dan ook weer iets op wat weer bedekt is met iets anders waar nog weer een liaan in hangt, en dat tot vijftig meter hoog. Het vervelende hiervan is niet alleen dat je ogen tekort komt (vooral ook om te blijven staan) maar dat je de meeste dieren alleen maar hoort en niet ziet (we hebben de neushoornvogel en zwarte gibbon bijvoorbeeld gemist).
Al snel werden wij samengevoegd met twee Amerikanen, die een goede portie pech mee genomen hadden. Vlak voor de lunch gooide de ene zijn deken in de rivier, en de andere viel na de lunch met rugzak en al in de rivier en had dus helemaal geen droge spullen meer. Die lunch zelf was overigens geniaal, lekker nasi eten en zwemmen in de rivier, en dat in een schitterende setting.
‘s avonds kwamen we aan in ons eerste kampementje. Een stuk landbouwplastic dat over een paar bamboestokken was gespannen. Daarnaast lagen we op matjes van een halve centimeter dik op de keien, en begon het vlak na aankomst te regenen zodat onze spullen zelfs in de tent nog nat werden van de hoge luchtvochtigheid. Al dit ongemak werd echter ruimschoots goedgemaakt door onze schitterende badkamer, een grote bak water onderaan een waterval, die alleen maar van een ansichtkaart gejat kan zijn. Hier werden zelfs de Amerikanen nog even vrolijk van… eventjes dan…
Woensdag begonnen ze namelijk met de mededeling dat ze het wel gezien hadden, en hun gids zou hun die dag naar huis brengen. Alles leuk en aardig, maar we gaan toch eerst even lekker wakker worden onder de waterval en genieten van een alleraardigst roereitje… en nee je kleren zijn nog steeds niet droog.
Na het ontbijt eerst stijl omhoog zodat er vanaf het topje van de berg gebeld kon worden om een raft te regelen voor onze Amerikaanse afhakers. De rest van de dag wederom genoten van groen, nat en ontiegelijk zwaar. Mijn knieën begonnen nu echt een beetje te protesteren tegen al die belachelijk steile hellingen met spekgladde modder. Gelukkig ook weer een hoop moois gezien: withandgibbons, 2 cm grote mieren, dikke rupsen, enorme duizendpoten, overal orchideeën, bloedzuigers, en bomen van pak hem beet 50 meter hoog en een paar meter dik.
Een tweede steile klim gaf ons een schitterend panorama op het tropisch regenwoud, en na ook nog een vrij wilde rivier over te zijn gestoken konden we heerlijk afkoelen aan/in de rivier, in de zon met een Bintang die een van de gidsen voor twee euro p/st nog wel even uit het dorp ging halen, in het donker, op zijn blote voeten, de gek.
Donderdag hoefden we niet meer te wandelen, en konden we lekker chillen aan de rivier totdat we er genoeg van hadden. Gelukkig bleven we wel lang genoeg om lekker te verbranden, de zon is gemeen fel op de evenaar, daar blijf ik me in vergissen. Lekker ontbeten met uitzicht op de aapjes aan de overkant. Ook nog even mijn slipper in bad gedaan, en een kilometer stroomafwaarts er weer uit gehaald. De gids was mij hierdoor even uit het oog verloren en was al de rivier in gesprongen om me te komen redden.
Uiteindelijk zijn we terug geraft naar het dorp met zes man op vier oude binnenbanden. Dit ging niet superwild (gelukkig maar) maar was wel lekker verkoelend, onderweg nog net een paar Thomaslangoeren kunnen zien wat het totale aantal apensoorten op vier zette.
Die middag hebben we lekker uitgerust in het hotelletje aan de rivier in Bukit Lawang, onze was laten doen (door een vrouwtje in de rivier) en gelachen om andere toeristen.
Vrijdag zouden we naar Medan gaan, maar eerst gingen Marijn en ik nog even snel de bat cave bezoeken. Vlak voordat we daar aankwamen stapte ik echter eerst nog in een dikke berg modder, waarna een local zijn tuinslang aanbood en meteen ook maar een stuk of zes andere slangen (o.a. een cobra) uit de kast trok. We waren dus bij de lokale slangengek beland, dat verzin je toch niet.
De bat cave zelf was ook erg leuk, maar niet erg toegankelijk voor rolstoelers. Mocht je niet in een rolstoel zitten dan heb je dikke kans dat na deze grot wel te doen, want het was weer op z’n Indonesisch aangelegd allemaal. Doorgerotte boomstammetjes over diepe afgronden, dat soort ellende. De vleermuisjes zelf hingen lekker rustig te slapen. Op de terugweg nog een dikke varaan zien liggen op de stoep, waarschijnlijk een watervaraan.
‘s Avonds de minibus naar Medan gepakt. Heel decadent een extra plek gekocht voor onze bagage, wat geen overbodige luxe was aangezien er soms wel veertien man in en op het lekkende busje zaten. In Medan wilde een garagehouder wel taxichauffeur zijn, en gooide hij graag zijn zaak dicht voor 4 euro. Echter niet voordat er eerst weer eens twee gasten serieus op elkaar knalden op hun motor. Heerlijk geslapen in Wisma Hari Kota, Medan.
Zaterdagochtend ben ik als een vaatdoek naar Singapore gevlogen en heb mij daar op mijn laatste krachten naar het Prince of Wales hostel in Little India gesleept. Ik heb mijzelf hier officieel ziek verklaart, dankzij de hoge hygiëne standaard in het oerwoud (lekker gekookt rivierwater drinken enzo). Gelukkig komt Singapore geen hygiëne tekort, maar dat komt allemaal in een volgend bericht. Deze is al weer veels te lang.
Tot snel!
-
30 Juli 2007 - 07:12
Gis:
Gaaf!! En hele mooie foto's, ben benieuwd naar wat je allemaal over Singapore te vertellen hebt. Beterschap en veel plezier! Dikke kus! -
30 Juli 2007 - 09:08
Peter B Te B:
Het blijft boeien, alle verhalen over die beesten, kuilen, bijna ongelukken, rommel. Rare jongens, die Indonesiers. De natuur moet overweldigend zijn, dat zie ik ook aan de foto's. Hou je haaks, Edwin! -
30 Juli 2007 - 10:17
Pauline:
haha grappig!! wereld is klein idd! doe m de groeten! en niet paardgereden?? klinkt verder wel super! xx -
30 Juli 2007 - 13:46
Leni:
Heerlijk verhaal Edwin! Volgens mij geniet je met volle teugen. Prachtige foto's.
Worden je reisgenoten 3 aug. gefotografeerd met een spandoek Happy Birthday? Van mij nu dus al deze wens.
-
31 Juli 2007 - 12:40
Henk:
Hee Schuller, dat blijft dus wel genieten daar in dat verre oosten! Ga zo door zou ik zeggen. Fotoos zijn erg leuk.Ben je al weer een beetje opgeknapt? Ik hoop van wel Groetjes -
31 Juli 2007 - 18:26
Hermi:
Na al die tijd zou je moeten weten, dat de zon gemeen brandt in de tropen eb dat jij een wit velletje hebt ( of had?)Wel geweldig overigens wat je allemaal te zien krijgt. Hoop dat je weer snel opknapt.
Liefs Oma
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley